Over de kracht van lotgenoten.

(Met op het einde misschien een kleine ‘speeddate update’.)



Je hoeft niet verbonden te zijn met een religie om te geloven. Ik ben een believer. Hardcore. Ik geloof in veel dingen. Vooral in de kracht van de dingen. De kracht van mildheid, van eenvoud, van eigenwaarde, van vriendschap, van Liefde, van menselijkheid en uiteraard van lotgenoten. Daar heb je ze weer. Ik hoor het je denken. Verwijs er wel eens meer naar. Dat doe ik vooral omdat ik niet genoeg kan onderlijnen hoe belangrijk het is om te weten en om te voelen dat je niet alleen bent.   

Gelijkgestemde zielen maken de mooiste verbintenissen.

Ik heb het vrij vaak over mijn ‘opnamebuddy’s’. Dat lijkt een algemene noemer, maar voor mij herbergt die heel wat. Zij zijn meer dan dierbare vrienden geworden. Zij zagen voor het eerst mijn naakte kwetsbaarheid. Bij hen hoefde ik niet te doen alsof. Dat was ook zinloos. We troffen mekaar allemaal op een moment dat maskers vielen en we geen kant meer opkonden. We beleefden samen mekaars droevigste uren, we lachten samen tot we letterlijk buikpijn kregen. Ik speelde zelfs voor het eerst in mijn leven Pictionary en dat ging een beetje zoals ik vreesde: ik bakte er niks van! Maar daar zat ik niet mee (of toch maar een klein beetje). Bij hen was dat niet nodig. Uiteraard werd ik uitgelachen. Terecht ook. Maar voor het eerst in een hele lange tijd voelde ik me niet ‘belachelijk’ dan. Bij hen voelde ik me nooit belachelijk.

Het is door die kracht van lotgenoten dat ikzelf helemaal open bloeide. Dat gebeurde, ergens op een vreemde plek, ver van huis, op een moment dat ik me slechter voelde dan ooit. De pijn leek eindeloos. Maar dat lijken die banden, op die plek gesmeed, ondertussen ook. Van zodra herkenbaarheid de kop opsteekt en de kans zich stelt om ongecensureerd jezelf te zijn, en het voelt nog goed ook, dan grijp je best die kans. Wanneer iemand je pad kruist en die iemand raakt je, dan sta je daar best voor open. Dat klinkt eenvoudig maar dat is het niet, omdat de pijn achteraf navenant kan zijn. We zijn aan onze geoliede machine van zelfbescherming gehecht geraakt. Om me helemaal te kunnen openstellen voor de ander ging ik een zware strijd met mezelf. Een strijd die nooit helemaal gestreden zal zijn. Maar het is de inzet waard. En ja, er is al pijn geweest, soms meer dan ik kon verdragen. Maar als er pijn aan te pas komt, dan is er nog die kracht waar ik op kan rekenen. Ik kan terecht bij mijn lotgenoten en bij mijn mensjes. Zij staan klaar om te dragen, zij luisteren, zij begrijpen. Zij weten, als geen ander, dat het delen van je aller diepste vanbinnen heel wat vertrouwen vergt. Gelijkgestemde zielen maken de mooiste verbintenissen.



Houd in gedachten dat wij altijd op zoek zullen moeten gaan naar ‘ons midden’. Hoe vermoeiend dat ook is…

Momenteel worstel ik weer wat met mezelf betreffende de omgang met de ander. Ik ben weer zeer gedreven in het ongeremd overdreven mezelf zijn en lijk weer grenzen af te tasten om te zien hoe ver ik kan gaan tot de ander vlucht, zodat ik daarna weer kan zeggen: Zie je wel?
(Waarom doe ik dat eigenlijk?)

Wij, die anders zijn, stoten vaak op onbegrip, onwetendheid. We krijgen, vrij regelmatig, het gevoel aangereikt van een aansteller te zijn. Dat leerde ons om te zwijgen. Je verspilt kostbare energie door alsmaar opnieuw de verdediging in te gaan. Ik zeg altijd: In herkenbaarheid vinden mensen de weg naar elkaar. In situaties waarin elke vorm van herkenning zoek is, is het moeilijk om ergens een paadje te vinden dat kruist. We voelen ons niet verheven, want ook dat wordt ons wel eens verweten, wij willen ons ook niet bewust distantiëren, maar hebben dat nodig. Wij hebben geleerd dat dit zelfzorg heet en dat wij dat niet naast ons neer kunnen leggen. Het is niet iedereen gegeven om alles zo intens te beleven. Dat is helemaal oké. Maar als het je gegeven is, dan is het een prioriteit om daar bewust mee om te gaan.

Er zijn mensen die bijvoorbeeld een nieuwe wagen beschouwen als hét ultieme geluk. Dat respecteer ik. Oprecht blij voor de mens ook. Er zijn mensen die een verhaal kunnen vertellen zonder dat daar een bodem in zit, of dat het ergens toe leidt. Ik zeg dit zonder oordeel, maar ik maak het wel eens mee. Het is moeilijk reageren voor mij, want ik bezit een onvermogen om daar mee om te gaan. Het is ‘not my cup of tea’. Dat is voor anderen net zo met mijn uiteenzettingen over de wonderlijke psyche van de mens en zijn gedragingen. Daar heb ik begrip voor. Maar mag ik in ruil ook wat begrip vragen? Wij kregen een ander pakketje mee. Dat was een gift, geen keuze. Ook wij moeten onze eigenheid aanvaarden. Gun ons de ruimte om ermee om te gaan. Zeg ons niet steeds dat we minder moeten nadenken, alsof dat een keuze is. Houd in gedachten dat wij altijd op zoek zullen moeten gaan naar ‘ons midden’. Hoe vermoeiend dat ook is…



Ja, wij voeden ons met gesprekken over onze innerlijke beleving. Dat vinden wij een meerwaarde, dat vinden anderen misschien saai.  Laatst leerde ik een gloednieuw groepje met soortgenoten kennen en het blijkt toch weer een schot in de roos. Van Herstelacademie kreeg ik de kans om, samen met een medewerker van daar, een vorming te ontwikkelen rond hoogsensitiviteit. Ik ben heel erg gaan geloven in de kracht daarvan, dus uiteraard wilde ik daar graag iets rond doen. Ik heb iets met ‘interactie’, vind dat een zeer interessant gegeven. Interactie is de beste leerschool. De vorming vormt een deel zichzelf als het ware. De voorbereiding was niet makkelijk, want interactie is iets redelijk variabel en moeilijk in te schatten. Groot was dan ook onze vreugde dat wij een heel fijn gezelschap van gelijkgestemde zielen rond de tafel mochten verwelkomen. Dat iedereen in het begin wat onwennig was, dat is perfect normaal, maar hoe snel overeenkomsten tot connectie leidden? Dat oversteeg onze verwachtingen.

Wij komen collectief tot het besluit dat de bh als kledingstuk mee moet opgenomen worden in de lijst van fysieke ongemakken.  

We stelden drie sessies samen van twee uur. Al in de eerste sessie wordt duidelijk dat herkenbaarheid zich verschuilt in de kleinste dingen. Maar iemand moet ze uitspreken. Ik bedacht een oefening, waarbij ik aan de cursisten vroeg om op het overzicht van alle domeinen van hoogsensitiviteit de kenmerken aan te duiden waarin ze zichzelf herkennen. Na de pauze grijp ik daar onverwacht naar terug en vraag hen om er eentje uit te kiezen die ze kunnen zien als hun kracht, of willen aanwenden als eentje. Dat brengt iets teweeg. Degene die de spits afbijt zegt al meteen dat ze toch gaat beginnen met een kleine negatieve noot. Ze verwijst naar een kenmerk uit het fysieke domein van hoogsensitiviteit, nl. ‘last hebben van naden, stiksels, wol en etiketten’. De dame vindt dat de bh daar het perfecte voorbeeld van is. Ze haalt aan hoe moeilijk het is om een perfect passend, comfortabel exemplaar te vinden waarbij je je niet constant bewust bent van de vorm, de etiketjes, de bandjes of de slotjes. Een nieuwe bh betekent voor haar meteen een nieuwe naaiopdracht, om zelf zoveel mogelijk comfort te creëren. De opschudding bij de dames is groot, want dit zorgt alweer voor een golf van herkenning. De groep bestaat uit 12, waarvan 11 dames (incl. collega C. en ikzelf), dus onze enige man van het gezelschap weet meteen hoe gelukkig hij zichzelf mag prijzen dat hij geen borsten heeft. Wij komen collectief tot het besluit dat de bh als kledingstuk mee moet worden opgenomen in de lijst van fysieke ongemakken.



Bij de start van de tweede sessie is iedereen al wat meer op zijn gemak, inclusief de lesgevers. We zijn geen vreemden meer en surfen verder op de vibe van de vorige week. We komen terecht bij het onderwerp ‘communicatie’ en hoe open en duidelijk wij, gelijkgezinden, onderling communiceren. Dat komt met de opnamebuddy’s ook wel eens ter sprake. Wij zijn het zo gewend geraakt van, onder elkaar, zo eerlijk en rechtuit te zijn, dat we wel eens vergeten dat die manier van communiceren in de buitenwereld niet altijd op een groot applaus wordt onthaald.

Weet je, ik kan niet genoeg benadrukken hoe fijn het is om vriendschappen te beleven met mensen van hetzelfde kaliber. Dat zijn mensen met eenzelfde golflengte, dezelfde interesses, dezelfde vreemde kronkels, compatibel met de jouwe, alsook mensen die even slecht zijn in het constant sturen van ‘Hoe is het’- sms’jes of in het onderhouden van sociale mediacontacten. Dat zijn de connecties die rust geven, een gevoel van veiligheid. We hebben regelmatig contact, op onze geheel eigen manier. We regelen onze vaste en variabele reünietjes, onze koffietjes tussendoor… allemaal op het gemak. Dat werkt perfect voor ons!

Afsluitertje: Speeddate update!

Ik stemde toe in een date met Jonkie en het was heel gezellig. We hadden trouwens beiden twee namen aangevinkt na de speeddates, maar bleven elk met één match over. We moesten het dus met elkaar stellen, maar dat was helemaal niet erg. Mijn opzet was om niet te overweldigend te zijn. Of ik er op één avond in geslaagd ben om hem weg te jagen? Dat weet ik nog niet, maar in een vlaag van overweldigende eerlijkheid biechtte ik vrijwel meteen het bestaan van de blog op… en had daar vrijwel meteen weer spijt van. Ook dat biechtte ik op. Hij zal sowieso de laatste post eerst lezen, dat verzekerde hij me. Ben al blij dat ik hem gezegd heb ik hem een lieve man vind. Dat is hij ook.  

Eén dag later laat Jonkie me weten dat hij alles heeft gelezen. En hij praat nog tegen me. Dan ben ik toch goed bezig? Ik word nog een kei in het leggen van contacten!

Blijf op de hoogte van deze blog.
Loading