Wat is dat nu net, een stroom van bewustzijn? In het Engels spreekt men van ‘stream of consciousness’.
*Het is een term uit de psychologie die van toepassing is op de weergave in de literatuur van de ononderbroken stroom van gedachten, herinneringen, bewuste en halfbewuste gevoelens, associaties e.d. die het kenmerk zijn van het mentale proces van de mens. De stream of consciousness is vergelijkbaar met de innerlijke monoloog, waarin het innerlijk van een personage beschreven wordt zonder, of vrijwel zonder interventie van een verteller. Een kenmerk van de stream of consciousness is het ongeordende en fragmentarische ervan en vaak het ontbreken van grammaticaliteit.
In het stuk ‘Over mij’ staat vermeld dat ik de duisternis, die bij een psychische kwetsbaarheid hoort niet uit de weg zal gaan. Als ze zich aandient zoals gisteren en de dag daarvoor is er gewoonweg geen ontkomen aan. Ik moet erdoor. Betere dagen zullen zich hoe dan ook terug aandienen. De vraag is alleen: wanneer? Het verschil met een tijd geleden is, dat ik ondertussen (meestal) wel een aantal oorzaken kan benoemen, die hebben geleid tot deze toestand.
Ik besefte vrij snel dat ik mijn vooropgestelde planning niet voor mekaar zou krijgen. Het is zinloos om dat krampachtig te forceren. Dat wekt enkel frustratie op en dat kan je missen op zulke momenten. Ik ging over tot aanvaarding en schreef gewoon neer wat er in me opkwam. Probeerde het wel nog enige vorm aan te meten.
Een overvloed aan gedachten: een greep uit het assortiment.
De tweede dag van een gloednieuw jaar. Voel mij erbarmelijk. Leeg. Net als gisteren. Zal ik iemand bellen? Stuur ik iemand een bericht? Vrienden zeggen me vaker: ‘Bel dan, als je neergaat! Praat! Niet wanneer je terug rechtstaat en wij achteraf pas vernemen hoe moeilijk je het had!’
Meerdere keren sta ik op het punt, maar doe het niet. Op het laatste nippertje verander ik telkens van gedachte. Waarom? Tja. Waar moet ik beginnen?
‘Hallo vriend, daar aan de andere kant van de lijn? Wat voel ik mij slecht?’
Zoiets? Weerstand! Angst dat ik geen woord uit mijn strot krijg en meteen ga beginnen janken. Is er schaamte mee gemoeid? Trots? Bang voor hun oordeel? Moeilijk te ontwaren op dit ogenblik.
Oorzaken. Oververmoeidheid. Slapeloosheid. Met de neus op de feiten. Raak moeizaam in slaap. Overvloed aan woorden en ideeën. Niet te temperen. Aan/uitknop ontbreekt. Rust is een must!
Wat als iemand mij belt? Neem ik dan op? Zal ik ‘het’ verbergen? Kan ik ‘het’ verbergen? Nee. Dit kan ik niet verbergen. Ze gaan het horen. Of het zou een vreemde moeten zijn aan de andere kant van de lijn. Dan krijg ik het vast nog voor mekaar, dat pretenderen. Als het een vreemde is, neem ik niet op. Zal een vreemde in staat zijn om een meerwaarde te betekenen op deze dag? Vast niet.
Laat mij maar zijn vandaag.
Het is hier nu net zo leuk met mezelf!
(Cyndisme**… check! Wat een geruststelling!)
Alex verwacht me in de zetel. Duidelijk! Wanneer hij slaapt sluip ik stilletjes naar mijn bureautje, om dan enkele minuten later vast te stellen dat mijn ‘vaste crew’ gevolgd is. Ontroering! Toewijding! Links van mij een koddige tijgerkater, bovenop mijn ladekastje en laptoptas. Schuin achter mij Lily, op een stapeltje vers gewassen handdoeken.
Hopla! Daar gaan ze weer, die dikke tranen. Huil ik echt om het minste vandaag? Ja!
‘Wener!’, zou zoonlief zeggen. Daar moet ik om lachen, tussen mijn tranen door. Dat relativeringsvermogen hebben we onder de knie.
Wat als de bel gaat? Doe ik niet open. Niet veel verschil met andere dagen. Altijd best je komst aankondigen. Verrassingsbezoekjes… niet mijn ding. Work in progress.
Oorzaken. Overload aan negatieve prikkels. Foute conversaties. Energievreters. Leeggezogen. Eenrichtingsverkeer. Stop!
Schrijven lukt voor geen meter. Waarom blijf ik voor dat scherm zitten? Afwisselen met de beeldbuis. Pen en papier. Krijg wel vaker ingevingen tijdens brainless tv. Hopelijk nu ook.
Terug achter mijn laptop. Poging om te schrijven met muziek. Zonder. Met. Weer zonder. Vermoeiend!
Ik drink relax thee. Gisteren ontdekt dat ik doorheen mijn voorraad decafeïne koffie zit. Naar de winkel huppelen zit er niet in. Zoonlief probeert me nog te stimuleren: ‘Mocht je toch naar de winkel geraken…’
Ijdele hoop mannetje. Verschanst in mijn grot. De enige mogelijkheid tot rust. Nee, niet naar buiten. Te riskant. Nog gevoeliger aan licht en geluid. Het licht in de grot, door mij bepaald. Geluid niet zo zeer.
Wasmachine begint met dat irritante ‘gezwier’? De lege pan en het lege kookpotje op het gasfornuis rammelen. Tegen elkaar. De roosters op het gasfornuis rammelen. Tegen elkaar, tegen de lege pan, tegen het lege kookpotje. Ik los het op. Geluidsgolven zijn amper te verdragen vandaag. Net nu zijn het er zo veel. Lijkt dat enkel zo? Nee, het is zo.
Voor de tweede keer vandaag galmt de stem van de schroothandelaar door onze straat. Diezelfde woorden, alsmaar opnieuw en opnieuw. Kruipt onder mijn huid. ‘Oud ijzer, koper, lood en zink,…’ Tien keer om precies te zijn.
Oorzaken! Gebrek aan soulfood. Gebrek aan affectie.
Isolement.
Bewust blijven van kleine gelukjes. Kleine cakejes! Ik neem er twee. Verse chocolade cupcakejes. Hoort daar niet een cappuccino bij? Zal ik mijn dagelijkse dosis opdrijven met eentje extra? Drink hierna wel weer relax thee. Eén cappuccino, twee cupcakejes. Mijn gelukshormoon kan wat voeding gebruiken. Op deze grauwe dag, die gepaard met de toestand van ongesteldheid, kan ik mezelf geen beter medicijn toedienen.
#prikkelverwerking#hormonaletijdbom#chocolade#cappuccino
#morgenbeter?
Denk terug aan de woorden van zoonlief. Vertrok vanmiddag voor zijn eerste werkdag van het jaar. Een beetje tegen zijn goesting. Niet abnormaal na vakantie. Hij knuffelt me gedag, geeft me een kus en zegt dat ik niet mag vergeten mijn eten op te warmen straks. Aan hem gaat weinig voorbij. Ik beloof het plechtig. Wees gerust. Staat van ongesteldheid zorgt er wel voor dat ik zeker aan eten zal denken.
Gisteren zag mama er zo gelukkig uit. Ze straalde. Het straalde af op mij. Die enkele uren die ik naast haar zat in de zetel, voelde ik me goed, niet zo beroerd. Reden? Soms behoeft iets geen woorden. Soms heeft een meisje gewoon haar moeder nodig.
Gekke Alex! Die verhuist telkens mee met mij. Gaat van de ladekast naar de zetel. En weer terug. Aandoenlijk. Lily heeft zich strategischer opgesteld, ergens tussen de twee in. Die bovenste handdoek op de stapel zal ik opnieuw moeten wassen. Niet de eerste keer deze week. Ach, het is zo’n braaf mokkeltje dat ik het hart niet heb om haar weg te jagen. Snel dat ze is. Ligt al op de stapel nog vóór de laatste handdoek is gevouwen.
De chocolade doet zijn werk, geloof ik. Heb het gevoel dat ik (voorlopig) niet ga huilen.
Ik luister naar Jacques Brel. Vinyl. Cadeautje van mijn kind. Ondanks de melancholie is dat alweer een klein gelukje.
Nog vroeg en toch al donker. Net zoals in mijn hoofd vandaag.
Morgen beter?
*Bron van deze definitie: https://www.dbnl.org (digitale bibliotheek voor de Nederlandse letteren)
**Eén van mijn opnamebuddy’s, waar ik heel veel sessies mee deelde, kleefde deze term op mijn gevoel voor humor.