DagBoek van een Single Mom deel 2.1: ‘Het concept ‘speeddaten’: het verslag.’



Eén dag eerder…
Het is maandag. Nog een sessie met Elke gepland, voor ik haar enkele weken niet zal zien. Ze polst hoe ik aankijk tegen het speeddaten van morgenavond. Ik kan geen specifiek gevoel benoemen. Ik citeer Vriend W. dan maar.
‘Niks te verliezen, Kleine!’, zei die.  
Ben ook wel bang geworden om enige verwachting te koesteren. Volgens Elke moet de man die mij aandurft stevige ballen aan zijn lijf hebben. Hoopgevend. Wanneer ik haar lachend vraag of er nog wel een vis in mijn vijvertje zit, antwoordt zij: ‘Dat durf ik niet meer te zeggen hoor!’. Psychologenhumor?   

Het lachen vergaat me. Elke wil me doen inzien dat mijn keuze om intens te leven bedreigend kan zijn voor de ander. Dat treft me wel. Ik stel mezelf de vraag: Is het wel een keuze, deze intense manier van (be)leven? Is het niet eerder iets wat er altijd zat? Misschien was het een keuze om die gevoeligheden wat ruimte te geven en te exploreren. Maar wat was het alternatief, na de crash? Weerstand had niks opgeleverd.

De laatste jaren kwamen er slechts twee waardige tegenstanders mijn richting uit. Maakten ook snel rechtsomkeer, maar dat is een detail. Gaat het even niet om. Hoe snel en hoe voelbaar duidelijk zij er in slaagden om mijn interesse wakker te schudden, blijft voor mij nog altijd moeilijk te vatten. Vooral omdat ik, ook heel snel en voelbaar duidelijk, wist dat het niks zou of kon worden. Elke overvalt me met haar stelling dat ik het potentieel zie in de ander, sterker nog, het intuïtief aanvoel. Intuïtie is moeilijk te verwoorden en ik moet er zelf ook nog aan wennen. De realiteit is dat de ander niet altijd op dat potentieel gewezen wil worden. Ik weet waar ze naartoe wil. Ik druk inderdaad de ander met de neus op de feiten, zelfs al is dat niet letterlijk of opzettelijk. Ik voel herkenbaarheid aan. Ik herken in de ander fases die ik zelf heb doorlopen. Ze weken iets in me los, maar geven de ander het gevoel dat ik dwars door hen heen kijk. Het wordt moeilijk, aldus Elke nog, om alles waar ik naar verlang te vinden in één man, waarmee ze niet wil zeggen dat ik er meerdere op moet nahouden. Ook de rest van ons uurtje samenzijn is weer heftig en dreunt gezellig verder in mijn hoofd, de hele dag lang.


En dat is het moment dat complete chaos toeslaat!

Het is dinsdag. Speeddate dag! Voel me over het algemeen vrij rustig. Het merendeel van de dag loop ik me wel af te vragen waar ik aan begonnen ben. Is dit geen regelrechte aanslag op mijn zelfwaarde, die zich nog op zeer wankele benen voortbeweegt? Vriend W. is stipt op tijd, maar het begint al goed: file! Gelukkig is het niet ver dus we halen het wel. Terwijl ik druk aan het kletsen ben met Vriend W. gaat mijn telefoon. Het is de dame die de avond organiseert, om te melden dat iedereen gearriveerd is, en om te vragen of ik op komst ben? En dat is het moment dat complete chaos toeslaat! Een wreed scenario ontwaart zich in mijn hoofd. Iedereen is er al dus iedereen kijkt naar jou wanneer jij je entree maakt. Dat zie ik nu voor me. Vriend W. voelt het gebeuren. Probeert me op te peppen. Ik stel hem gerust met de zelfkennis dat niemand aan mij ziet, hoe gestrest ik werkelijk ben. Dat weet hij.    

De organisatrice licht me in dat het voor elke dame een eerste deelname betreft. Dat brengt voor mij een zekere geruststelling met zich mee. De harde realiteit blijkt iets minder geruststellend te zijn, want ik word heel snel geconfronteerd met mijn minderwaardigheidsgevoel*. Het staat me als het ware op te wachten bovenaan de trap, in de vorm van acht vrouwen en acht mannen die me tegelijkertijd aangapen. Ik zeg heel vriendelijk goedenavond, terwijl ik diep vanbinnen, oh zo graag, plaatselijk wil verdampen. Het merendeel van de dames is blond, niet één type sluit, al was het maar lichtjes, aan bij het mijne en ze zijn dan nog allemaal flinterdun ook. Dit alles vind ik uiteindelijk niet het ergste. Ze zijn gewoon niet lief! Dat is het ergste! Na het collectief staren draaien ze zich terug naar mekaar toe en praten verder, alsof mijn aankomst nooit heeft plaatsgevonden, alsof ik niet besta. Daar sta ik dan, helemaal alleen, mij net heel erg bewust van mijn bestaan. Zo gemeen! Shame on you ladies! 

Ik date een man die eerst normaal gedrag veinst en dan plots, uit het niets, zijn meest begerige blik op mij loslaat. Dat was even schrikken!

Tijd voor het echte werk dan. De vrouwen nemen plaats en de mannen kiezen daarna een tafeltje uit voor de eerste date. Het is, met zijn 35 lentes, de jonkie van de bende die als eerste plaatsneemt recht tegenover mij. Hij schreef zich deze morgen pas in. Heerlijk impulsief. Hij is heel nerveus en geeft dat ook aan. Hij wijst me op mijn kalme uitstraling. Hij moest eens weten. Het is best een lieve jongen, die graag lacht. Uiterlijk gezien is hij één van de twee mannen, die me op het eerste gezicht opviel bij aankomst. Wel vrij klein van gestalte.



De daaropvolgende dates kan ik zeer kort samenvatten.
Ik date een man waarmee ik de saaiste conversatie heb sinds lange tijd.
Ik date een man die, naast ondertussen redelijk beneveld, leraar is in het dagelijkse leven, duveldrinker en deel van het meubilair in zijn plaatselijke stamcafé.
Ik date een man in een ruitjeshemd, zo eentje van het ergste soort, met van die hele kleine ruitjes, blauw en geel in dit specifieke geval. Wat kan ik zeggen? Dan mag je nog zo sympathiek zijn, de trein is gepasseerd. Echt veeleisend qua kledingstijl beschouw ik mezelf nochtans niet. Insiders gaan absoluut bevestigen dat er aan mij geen ‘fashionista’ is verloren gegaan. Toch ontdek ik vandaag dat het een aandachtspunt is. Ondanks zijn ongelukkige kledingkeuze krijgt de man zijn kans, de volle zes minuten, om mijn aandacht weggerukt te krijgen van dat hemd. Zonder succes.  
Er passeert nog een man mijn tafeltje die een ruitjeshemd ook een goed idee vond. Ook kleine ruitjes, maar hij koos voor een combinatie van lichtblauw en wit. Minder pijnlijk voor de ogen, maar niet minder lelijk bevonden. Lieve man, slimme man, maar helaas…
Ik date de huismus, die even mijn interesse lijkt te wekken. Zijn inschrijving was echter een initiatief van derden, zou het uit zichzelf niet doen. Heeft het dan wel zin?
Ik date een man die eerst normaal gedrag veinst en dan plots, uit het niets, zijn meest begerige blik op mij loslaat. Dat was even schrikken!
Mijn laatste date is de tweede man die me uiterlijk gezien opviel bij mijn eerste rondblik. Mooie man, donker haar, grijzend, beetje ‘Richard Gere grijs’ ten tijde van Pretty woman (en iedereen is mee…). Waar ik nu weer niet omheen kan is die lelijke, groene, wollen gilet die hij draagt!
(Wat heb ik ineens met mannen en hun kledingstijl? Waar komt dit vandaan?)

Ik schenk hen mijn mooiste glimlach. In gedachten schenk ik hen er mijn twee middelvingers nog bij.

Net zoals tijdens de pauze is er na het datinggebeuren de mogelijkheid om beneden nog wat te drinken en te keuvelen. Net zoals tijdens de pauze hebben de dames zich ook nu al verzameld rond één statafeltje en is er in hun kringetje niet meteen een opening voorzien. Ik zet mijn glas alvast op het nabijgelegen tafeltje. Natuurlijk heb ik al stilgestaan bij de gedachte of ik zelf iets te maken heb met mijn uitsluiting. Ik weet voor mezelf dat ik, in hun plaats, zeker iets zou gezegd hebben tegen de persoon die op zo’n ongelukkige wijze als laatste toekomt. Ik stel die, op zijn minst, op haar gemak. Basic empathy bitches…   

De eerste man die beneden komt is Jonkie. Die zoekt meteen mijn gezelschap op. Ik had het zelf niet kunnen verzinnen, maar de andere mannen volgen zijn voorbeeld. Je kan je wel inbeelden wat dit betekent voor mijn reeds verworven populariteit! Ik schiet plots voelbaar door in dat ‘one of the guys’ stuk waar Elke me altijd op wijst. Ondanks het besef kan ik er niet de rem opzetten. Het lijkt mijn enige verweer, want dat ik niet ‘one of the girls’ ben, dat is ondertussen pijnlijk duidelijk. Zij schenken mij hun veelzeggende blikken, ik schenk hen mijn mooiste glimlach. In gedachten schenk ik hen er mijn twee middelvingers nog bij.



Ik beloofde aan Zoonlief en Vriend W. dat ik een taxi zou nemen. De drie laatst overgebleven dames maken net aanstalten om te vertrekken. Ik zie de taxi opduiken en haast me naar buiten, onderweg vluchtig wuivend zonder één blik te kruisen. Wanneer de drie het pand verlaten wordt er toch nog iets tegen mij gezegd. Ik word lichtjes beschimpt en belachelijk gemaakt, vanwege mijn vervoersmiddel. Hoor ik daar het woord decadent vallen? Dan hadden ze beter het zwijgen bewaard en blijven volharden in het negeren van mijn persoon. Dat had van hen misschien nog een halfwaardige tegenstander gemaakt.    

Denk niet dat hij degene met de ballen is. Maar misschien verrast Jonkie me wel.

De taxichauffeur kijkt me na dit tafereel bedenkelijk aan. ‘Vrouwen’, zeg ik hem, ‘ik leg het je zo meteen uit.’ Hij krijgt, in primeur, het verslag van de avond. Vindt hij best amusant. En natuurlijk stelt hij ze, die vraag: ‘Wat is dat toch met het gegeven ‘vrouwen onder elkaar’? Ik beken dat ik hem, ondanks mijn vrouwelijke kenmerken, het antwoord schuldig blijf. Ik slaagde er wonderwel in om het bestaan van mijn blog te verzwijgen. Zo trots op mezelf. De chauffeur maakt zijn interesse kenbaar, in de blog weliswaar. Hij wil dit verhaal later nog wel eens nalezen. Dus ik geef hem mijn kaartje.

Het zogenaamde ‘matchen’ gebeurt achteraf, via een formulier in je mail. Daarop vind je de acht namen terug, die je kan aanvinken in geval van interesse. Vloeit daar een match uit voort, dan ontvang je de gegevens van de ander. Ik vink twee namen aan. Er wordt één match bevestigd. Een paar dagen later krijg ik een mail met de melding dat mijn naam door drie mannen werd aangevinkt. Drie op acht. Dat is niet eens de helft, dat weet ik, maar als ik er op terugkijk voel ik me niet echt beschadigd hoor.

Eén op twee matches is wel de helft. Mijn enige match is Jonkie. Niet geheel onverwacht. Het lijkt me leuk wat na te kaarten over ons gezamenlijke avontuur. Ik kan niet wachten om een andere zijde van dit verhaal belicht te zien. Voor de rest maak ik me geen illusies. Denk niet dat hij degene met de ballen is. Maar misschien verrast Jonkie me wel. Om te beginnen zal ik proberen om vriendjes te worden met hem. Dat lukt nog wel denk ik. Het moet wel klikken natuurlijk, want anders wordt vriendschap sluiten wel heel moeilijk. Dat is met de Liefde niet anders. Ik heb besloten dat ik ze eventjes parkeer, die Liefde. Een waardige tegenstander vinden vergt tenslotte tijd.





*Zie blogpost van 14 maart 2019: Dagboek van een single mom deel 2.2. Onderweg naar speeddaten (pt.3): de inzichten. https://eindelijkjezelfzijn.be/hsp/dagboek-van-een-single-mom-deel-2-2/

Blijf op de hoogte van deze blog.
Loading